dinsdag 12 oktober 2010

Het hert

Het was een koude dag, het hert voelt de kille zindering in zijn lichaam, er zit een onrust in hem dat hij maar al te goed kent. Statig loopt hij door het bos zich ervan verzekert dat de 8 dames nog steeds bij hem zijn. Het lijkt of de dames niet eens in de gaten hebben wat er allemaal op het spel staat.
Voordurend steekt hij zijn neus omhoog die gewoon glinstert van het vocht. Het is hard werken, dat zekeren, constant  de boel in de gaten te moeten houden. Hij ruikt de competitie en weet dat hij straks het gevecht weer aan zal moeten gaan. Maar de dames willen eerst eten, gek wordt hij van hun geur, hun geur van bijna bereid zijn dat het bos vervuld en als een magneet zijn rivalen aantrekt.
Voorop lopend met de neus hooggeheven treedt hij statig de bosrand uit.
Het veilige donkere bos dat afsteekt tegen de nog vaag gekleurde hei. De nevels stijgen op vanuit de heide waardoor het lijkt of er een rookmachine in werking staat. De warme dampen die met iedere ademhaling uit zijn neus verschijnen, vormen wolkjes die vervagend omhoog dwarrrelen, Zo blijft hij staan, deze prachtige bok met zijn imposant gewei. Zijn oren staan gespitst, luisterend horend, zo blijft hij wel 5 minuten staan met zijn hinden in het kielszog. Pas als hij vindt dat de boel veilig is mogen ze het bos uitreden. Elegant op hun mooie ranke benen stappen ze voorzichtig door de vochtige heide. Hier en daar wordt er gegraasd.Hij drijft ze bij elkaar , er op lettend dat er niet een aan zijn aandacht ontsnapt. Even lopen ze rustig in het gareel even her en der een beetje grazend totdat een zware schreeuw in de verte de aandacht van ze trekt , ze worden onrustig.   De bok heeft het te druk om te eten, zijn drang zit bij andere zaken en hij loopt in cirkels om zijn dames heen, zijn kop hoog geheven zijn keelzak vullend.
Een oeroude brul ontsnapt en doet de lucht trillen, het geluid is ontzagwekkend. Van rechts verschijnt een rivaal , nauwelijks de moeite waard deze jonge bok dat duidelijk geïmponeerd is zijn imposante verschijning. Hij kijkt en trekt zich al gauw terug, zijn tijd komt nog wel.
Een ander verhaal is de bok die nu uit het bos treedt , beiden zijn aan elkaar gewaagd. Onze bok voelt de spanning en gooit er nog een burl uit.
De burl die hem geholpen heeft zijn hinden te verzamelen. De zware burl is namelijk onweerstaanbaar . Nog maar eens , in de hoop zijn rivaal onzeker te maken en te imponeren, Maar nee, de ander loopt uitdagend om zijn dames heen , zijn neus gebruikend om te ruiken of de dames al klaar zijn om hem te ontvangen. De hormonen gieren en hij schat zijn tegenstander in. Iets jonger, maar hij is op krachten in de bloei van zijn leven, en hij heeft nog geen krachten verloren in tegenstelling tot de bok die met verve zijn dames verdedigd.  Hij antwoordt en de lucht wordt vervuld van krachtige oergeluiden, geluiden die al eeuwen tijdens de herfst de aarde doen trillen.  Het gaat nu om de sterkste, Het voortbestaan van de soort. Het burlen is begonnen , de dames kijken eindelijk geïnteresseerd toe. 
Het gaat erom spannen. De twee mannen gaan overduidelijk de strijd aan, het burlen wordt steeds indrukwekkender maar geen wijkt.
De houding van beide maakt duidelijk dat geen van beiden wil wijken , langzaam worden elkaars krachten ingeschat, het hoofd zo hoog mogelijk om het gewei zo groot mogelijk te laten lijken. Dan ineens zomaar uit het niets wordne de koppen omlaag gericht het gewie naar voren gestoken en er wordt een stormram ingezet. Het geklater van de tegen elkaar slaande geweien doet zelfs de vogels verstommen. Wie houdt dit het langste vol? wie is de sterkste , daar draait dit om, met gevaar voor eigen leven wordt de drang tot voortplanting zo groot , dat alles wordt vergeten , Welk zaad mag de volgende generatie voortbrengen?